Een cadeautje van de wijnsint - De grote borsten van de wijnwereld
Na een hele avond Pinot Noirs proeven en daarna wat doorzakken met z'n drieën bij een flesje Caiarossa, kwam een nog wat te jonge wijnsint aandraven met een boek: "Hier zie, cadeauke" (nog eens merci!): Kermit Lynch' Avonturen op de wijnroute - een wijnkoper reist door Frankrijk. Moest ik eens lezen en laten weten wat ik ervan vond. Ok, fijn, ik bedankte uitbundig zoals dat de gastheer waardig zou moeten zijn volgens de gebruikelijke 'socialitaire' normen en keek het gegeven paard niet in de bek. Met de nodige reserve ten opzichte van wijnboeken begon ik er die nacht zelf nog in te lezen (ik kwam pas om drie uur thuis) en was meteen vertrokken. Uiteindelijk kon ik niet anders dan het boek met enige auto-ethische dwang neerleggen, want mijn ogen moesten het wel afleggen tegen de slaap die steeds zwaarder op m'n nek woog.
1. Het cliché van de wijnschrijver.
De dag erna stond ik op rond de middag, ging lunchen met een ons aller pdg bij Trente (weer eens goed, vooral het aperitief bleef me bij) en daarna met het boek de trein op. Ik vergat bijna af te stappen. 't Is goed dat de conducteur zei: "Meneer, moest ge d'r hier niet uit?", anders had ik ergens in Genk gezeten of zo. Enfin, thuisgekomen was ik eigenlijk te mottig om ook maar ene poot uit te steken en dus plofte ik maar lekker knus de zetel in met een hete kop koffie en ... Kermit natuurlijk. Behoudens wat minimale onderbrekingen om mijn hongerige zelf te spijzen, er een fleske bij open te trekken en er even van te proeven (Viñas del Vero, Gran Vos, Somontano Reserva 2003, ... yuk ende jirgh!), las ik het boek in één ruk uit tot weer eens drie uur 's nachts.
Dat wil wat zeggen. Het gebeurt zelden dat ik een boek niet kan wegleggen (of het nu een wijnboek is of niet). Ik erger me al te vaak aan een platte, onnozele of hakkerige stijl, platitudes of clichés, literaire topoi en wendingen die zo afgezaagd zijn als het gelul rond B-H-V, kromme metaforen, rammelende zinsconctructies, ... en nog veel meer van dat des mensen plagende ongeluk. O ja, ... dat was ik bijna vergeten: sommige boeken hebben echt wel geen inhoud, hebben simpelweg niks bij te brengen, zijn eigenlijk niet meer dan een te breed uitgesmeerde scheet op wat ingebonden papier. Ik kan ze dan alleen maar met veel zuchten en van wanhoop wijd openstaande ogen van kaft tot kaft doorbladeren. In het huis-tuin-keukengenre 'wijnboek' vind je ontelbare exemplaren van dat armzalige kaliber terug. Er zijn immers veel wijnschrijvers die meer 'wijn' dan schrijver zijn, zelfs als ze beweren 'lyrisch' te worden (en dan is het meestal heel erg gesteld). Net zo met de ontelbare wijnfotografen die met trossen tegelijk uit de lucht lijken te vallen: banale foto's, volgens een geijkt perpectief, een haast gestandaardiseerd 'afwijkend' encadrillement, liefst met veel kleur ... foto's die nergens de ziel, het momentum, of hoe je het ook noemen wil, weten te vatten.
2. Change of the guards.
Met Lynch's boek? Niks van dit alles. Slechts een 25-tal zwart-witfoto's op 272 bladzijden dik bedrukt papier. Vooral die van François Ravenau blijft me bij, met zonnebril, een beetje minachtend achteroverhellend en in (blijkbaar) blauwe overal, met op de achtergrond rijen ceps die hel oplichten tegen een dreigende, donkere hemel. Mooi gespeeld met de paradoxen van zwart-wit: alles wijst er immers op dat de zon het beste van zichzelf geeft (Ravenau's seventies zonnebril, de helle schijn in de rechterbovenhoek, de wit oplichtende cailles in de wijngaard). Op de één of andere manier illustreert de foto zo nauwgezet Ravenau's stuurse, wat hoogmoedige en koude karakter dat we van Lynch' pen geschetst krijgen. Ik kon me bijna te levendig voor de geest halen hij er "ongeduldig, hooghartig en koel bij" zat, terwijl Lynch en de Montille zijn wijnen proefden.
Want Lynch' pen is dan weer eens lekker ironisch, geïntrigeerd, overlopend van lyrische ontroering of net vlijmscherp op het sarcastische af. Meermaals betrapte ik mezelf erop dat ik met een krop in de keel zat te lezen hoe een oude wijnmaker het loodje legt en hoe de kinderen, gedwongen te dansen naar de pijpen van de internationale wijnmarkt, zich verplicht zien de kennis, liefde en traditie die papa zo koesterde te verkwanselen om in het levensnoodzakelijke te kunnen blijven voorzien. Op andere momenten schaterde ik het uit. "C'est le deuxième fois que je ne suis pas content avec vous, Mr. Lynch, c'est le deuxième fois que je ne suis pas content avec vous", zo buldert een uit de keuken stuivende geagiteerde kok de gelagzaal in, wanneer Lynch onverwachts een fles Yquem 1947 bestelt (in de jaren zeventig kon dat nog, niet?). Ongehoord! Lynch' verbijstering, het paars aangelopen gezicht van de chef en een verneukte fles wijn lijken wel een cliché uit het gastronomische schrijven en toch ... ik ben nog geen één restaurantcriticus tegengekomen die stilistisch en tegelijkertijd ook narratief zo raak weet te portretteren.
3. Grote borsten en het zwart van Goya.
Neem nu de vergelijking tussen het uniforme karakter van heel wat gefilterde wijnen en de overeenkomst tussen alle vlammen van één van Kermit Lynch' studiekameraden: grote borsten ... en daar hield het telkens op. Scheve humor of slapstick van de bovenste plank en tegelijkertijd weer eens een perfecte illustratie van hoe de wijnwereld er 30 jaar geleden uitzag of hoe de wijnwereld dertig jaar geleden veranderde en werd tot wat we nu kennen; dat is wat Lynch bereikt met zijn boek. De vertaling van Antonia Bolweg (met een voorwoord van Nicolaas Klei) uit 2006 mag dan al 19 jaar na de datum van de eerste publicatie verschijnen, het boek heeft nog geen druppel aan actualiteit ingeboet. Daar zit Lynch scherpzinnigheid zeker voor iets tussen. Telkens weer weet hij, al dan niet met een kwinkslag, de vinger op de wonde te leggen, raak te vatten waar hem het probleem zit in de marktlogica, de internationale wijnbizz, de denkwijze van menig wijnboer of, ja, het hele wijndiscours. Het is een boek dat je telkens opnieuw aan het denken zet, dat je vragen doet stellen bij de manier waarop je wijn benadert, geleerd hebt dat te doen of geacht wordt dat te doen.
Toch gaat het hier niet om de naïve, dikwijls zo onnozel aandoende blik van de noch door principes, noch door geschiedenis belemmerde Amerikaan. Lynch heeft dan wel zelf geen goed woord over voor zijn eigen gehakkel in het Frans of zijn soms uit onwetendheid lompe voorkomen bij een wijnboer, maar zelden kruis je het pad van een wijnschrijver (of dat nu een Amerikaan is maakt niet uit) die zulk een belezenheid en een passie voor kunst en cultuur aan de dag kan leggen. Lynch lijkt niet alleen een rondwandelende wijnecyclopedie, maar hij is, bijvoorbeeld, ook nog eens een sprekende Franse literatuurgeschiedenis (hoeveel Amerikanen hebben ooit al een boek van Frédéric Mistral gelezen?!). Ook vergelijkingen met werken van Goya of Van Gogh behoren tot het gamma, schitterende beschrijvingen van historische stadjes, grabbels uit de Europese geschiedenis ... en dat allemaal met een nonchalance die elk vermoeden van goedkope blufpoker in rook doet opgaan.
4. De eindeloze vraag van de nuance.
Waren meer wijnboeken maar zo. Het is misschien net door de scherpzinnige persoonlijkheid, hun stilistische kracht, de verrassende metaforiek of de mooie nuances die erin vervat zijn, dat ze je echt tot nadenken aanzetten. Heel wat wijncolumns beogen in feite hetzelfde doel en zouden daar met hun blitse schrijfstijl, bescheiden lengte en scherpe pointe beter in moeten slagen, en toch ... . Het is slechts een complex en diepgaand, maar toch niet overladen zwaarwichtig boek als dat van Kermit Lynch dat je echt aan het denken zet en steeds opnieuw je eigen conclusies, je eigen ideeën of je voornemens in vraag doet stellen. Zoiets is misschien slechts wegggelegd voor die boeken die je moet overwinnen of die boeken aan wie je je overgeeft na korstondig en kortzichtig verzet, boeken die je benadering van het immens en onomvatbaar cultuurproduct (met alle nare kantjes vandien) dat wijn is onder ogen doet zien. Het is een boek zoals die enkele flessen die je referentiekader voor het proeven of het wijngenot ingrijpend veranderen door de diepgang, de genuanceerdheid, de verrassing, het onvatbare dat erachter of erin schuilgaat. En daar raak ik aan iets waar ik het eigenlijk nog niet expliciet over heb gehad: de formidabele literariteit van het boek. Een wijnboek dat leest als de beste roman!
Graag gedaan, jong. Blij dat je ervan genoten hebt.
De Sint probeert altijd cadeautjes te geven die geapprecieerd worden... By the way : hij verjaart binnenkort. En van die grote borsten... mmmmh... ;-)
Posted by Anoniem | 12 januari 2008 om 12:40
Wel, het was een geweldig cadeau. Ik ga zijn andere boeken in het Engels ook eens zoeken.
Misschien leuk om weten: op zijn website kan je je abonneren op zijn nieuwsbrieven. Literaire wijnproza van formaat. Jammer dat hij hier nergens een zaak heeft, maar wel leuk om te weten waar je best eens langsrijdt op vakantie!
Verjaardag: spijtig man, ik heb net m'n laatste flesje 'Beate Uhse Sex up you Life' Eberstadt Samtrot Kabinett soldaat gemaakt ... :-D
Posted by Amaronese | 12 januari 2008 om 13:14
Ook ik kreeg het boek van dezelfde Sint cadeau. Hetzelfde meegemaakt als jij: tot een stuk in de nacht zitten lezen en volop genieten. Nu die grote borsten nog :-)
Posted by Anoniem | 13 januari 2008 om 22:04
Inmiddels heb ik het boek ook uitgelezen. Niet zozeer in één grote ruk, daarvoor was het veel te druk, maar toch zo snel als mogelijk was, om nu eigenlijk vrijwel constant te bedenken dat ik het toch nog eens - wat trager - moet herlezen... Zelden meegemaakt dat vakliteratuur een perfect evenwicht bereikt tussen gedetailleerde en technisch correcte informatie, entertainend proza van de bovenste plank (in elk hoofdstuk heb ik minstens één keer hardop zitten lachen, en dan blijft vooral die ongelofelijke scène met de Yquem van 1947 hangen, al kon ik de anekdote over de sauce aïoli ook wel smaken!) en sight-seeing in Frankrijk... Wat me, als taalkundige van het Frans, regelmatig deed glimlachen, waren de ik-ben-Amerikaan-en-ken-niet-goed-Frans,-maar-ik-waag-me-toch-aan-etymologie'-momenten. Enfin, een formidabel boek, ik zou het in het Engels ook eens willen lezen. Enne, het zegt waarschijnlijk ook wel iets dat we Kermits magnum opus inmiddels zelf al aan twee mensen cadeau hebben gedaan ook... Merci, Sint!
Posted by Cabernette | 14 januari 2008 om 10:18
De verleiding om weer over die grote borsten te beginnen is groot, maar ik ga er toch aan weerstaan. :-(0)
Posted by Anoniem | 18 januari 2008 om 10:56
Zullen we er dan maar meteen een trademark op registreren en hem verkopen aan Playboy en co: Special of the month 'Winejugs' ... tsk, nu a ik toch echt wel bijna uit de bocht.
Leuk: onze eigenste Casa Rivas weet het boek ook te smaken. Anders zit ie altijd wat te zeveren met me op de trein, maar gisteren haalde ie gewoon een boek uit z'n tas en begon te lezen, de snodaard ;-)! Kermit is niet makkelijk weg te leggen blijkbaar ... .
Ik heb ondertussen 'Inspiring Thirst' al besteld.
Posted by Amaronese | 18 januari 2008 om 11:58
Inderdaad een fijn boek. Vooral de compleet onbevangen manier waarop hij tegen het wereldje aankijkt, is een verademing. Image is nothing, taste is everything.
Kan je me het kwalijk nemen dat ik mijnheer Lynch dan even ter hand neem op de trein? ;)
Posted by Anoniem | 22 januari 2008 om 13:06
Ik ben het in het engels aan het lezen, allez aan het verslinden...goed om je taal te oefenen trouwens. Bij een vertaling gaat toch altijd wat verloren, niet ?
Posted by Anoniem | 29 januari 2008 om 18:57
Amai niet. Verslinden is wel het woord. Ik ben eens benieuwd voor 'Inspiring thirst'.
Hier en daar merk je natuurlijk wel dat het een vertaling is. Er gaan nogal wat puns en ironische wendingen verloren, hier en daar zelfs gecamoufleerd door nogal 'Hollandse' zegswijzen. Maar kom, als je in rekening neemt dat die dingetjes echt verbleken tot kleine schoonheidsfoutjes in vergelijking tot het geheel, dan weet je genoeg.
Heb je de Engelse versie ergens in Leuven gekocht of zo?
Posted by Amaronese | 29 januari 2008 om 21:43