Vino argentino: it takes more to tango.
Ik betrapte mezelf er net op dat ik heel de voorbije maand met mijn proefnotities in mijn werktas heb rondgelopen, waar ze zich verscholen achter een outprint van Socio-historical linguistics and the history of French. Misschien onbewuste verdringing? Of impliciete weigering het dossier toe te voegen aan de collectie proefnotities die ik in het voorbije anderhalf jaar heb opgebouwd?
Wat er ook van zij, de Argentijnse wijnen van de proefselectie hebben de test niet bepaald doorstaan. De Etcharts, Torino’s en de Finca Flichmans van die avond hadden veel te veel alcohol en waren, op zijn zachtst gezegd, unidimensioneel. Als relatief betere uit de reeks kwamen de Malbec 2006 van Finca Flichman en een Tannat van Michel Torino van hetzelfde wijnjaar naar voor, maar die wijnen zou ik wel eens in een andere context willen proeven voor ik er een uitgebreidere proefnotitie en een genuanceerder oordeel aan wijd. Ik kies er dan ook bewust voor om niet dieper in te gaan op de identiteit en kwaliteit van de individuele wijnen.
Zijn Argentijnse wijnen nu slecht?
Een Homer-Simpsonwaardige ‘Doh’ is het enige antwoord op zo een foute vraag. Tsssk, tsssk. Een dergelijke veralgemening kan en mag niet gebeuren, hier moeten gewoon andere vragen gesteld worden. De wetenschapper in mij wordt wantrouwig bij een dergelijke reeks gelijkaardige ervaringen en gaat post factum op zoek naar een mogelijke oorzaak, of beter nog, en dat is waar mijn filologische voorkeur naar uitgaat, de zeer waarschijnlijke combinatie van verschillende factoren. Het probleem zit hier niet zozeer in de Argentijnse wijnen, maar in de selectie.
In de eerste plaats werd de wijnselectie duidelijk bepaald door een budgettaire beperking, met name een toplimiet van 9 euro. Nu heb ik daar niets op tegen als dat het enige beperkende criterium is: het is en blijft een mooie uitdaging om voor een redelijke prijs goede wijnen te vinden. De Sparkling Rosé van Jacob’s Creek bijvoorbeeld heeft anderhalf jaar kritisch proeven met glans overleefd en ik geniet er zeker een stuk bewuster van dan in het pre-Orbistijdperk. En dan had ik eigenlijk al aardig wat oud-wereldlijke Bordeaux, Chardonnays, Champagnes en Chablis op mijn actief staan, dankzij de ouderlijke voorkeuren...
Selectiecriterium nummer twee was blijkbaar het verkooppunt, want de wijnen kwamen van Colruyt of Carrefour. Tegen supermarktwijnen heb ik absoluut niets, want ik kan een aantrekkelijke prijs-kwaliteitverhouding meer dan waarderen, maar waarom enkel deze grootwarenhuizen? Zouden er echt geen Argentijnse wijnen voor dat budget te krijgen zijn in Delhaize, Cora, Lidl of zelfs de Aldi? Een wel heel retorische vraag… Bovendien zijn er kleinere wijnhandelaars die zelfs voor een dergelijk budget interessante flessen in hun aanbod hebben.
Het bijkomend probleem van een dergelijke beperkte selectie is dat de wijnen op de manier automatisch verengd werden tot een paar welbepaalde wijnbouwers en dus ook tot twee wijnstreken, i.c. Mendoza – de meest bekende en toeristisch ook de meest gehypete regio – en Salta in het noorden. Er waren dus slechts twee wijnstreken vertegenwoordigd van de tien (Jujuy, Tucuman, Catamarca, La Rioja, Cordoba, San Juan, La Pampa en Rio Negro) die gewoonlijk worden onderscheiden.
Ik hoef eigenlijk niet verder te gaan in mijn beschouwingen. Spijtig genoeg bleken de gehanteerde selectiecriteria niet te werken. En het had zo mooi kunnen zijn ... een mooi opgebouwde en gevarieerde reeks wijnen, zelfs binnen een budget van - laat ons afronden - maximum 15 euro per fles moet toch praktisch haalbaar zijn? Zeker als ik dan in een on-line nieuwsbrief van Decanter volgende headline onder ogen krijg: 'Argentina awards focus on affordable wines’ en in de eerste paragraaf al lees dat slechts één winnende fles, de witte blend Luigi Bosca Gala 3, meer dan tien dollar kost. Gezien de huidige koers van de dollar versus de euro, zelfs in de huidige economische crisis (want die is er, wat onze regering, of wat daarvoor moet doorgaan, ook beweert) en met importkosten erbij, moeten dergelijke wijnen toch voor een schappelijk bedrag te krijgen zijn in België.
Whishful thinking.
Dat belet me echter niet om stil te wensen dat ik ooit mag proeven van een paradepaardje als Cheval de los Andes, de joint venture van Roberto De la Mota en Cheval Blanc (zie o.a. Winespectator), of eens te controleren wat Michel Rolland produceert op Yacochuya en Val de Flores, zijn twee domeinen in Argentinië. In afwachting moet ik misschien toch eerst maar eens zelf een Argentijnse proeverij organiseren en beginnen waar deze post stopt.
Post Scriptum: a word of caution to this tale.
Deze post beoogt allerminst de organisator van de proeverij te bekritiseren: het was een uitermate gezellige proeverij waarbij excellente hapjes, bijzonder authentieke muziek en veel zwemmende humor werden geserveerd. Het is echter niet de eerste keer dat de wijnen door beperking tot één handelaar of zo tegenvallen, al heeft het ook al schitterende resultaten (ik denk dan maar aan de Zuid-Afrikaanse wijnproeverij) opgeleverd. Omdat dat in de eerste plaats voor de organisator niet zo fijn is, tracht ik dergelijke ervaringen te voorkomen door de mogelijke oorzaken op een rijtje te zetten.